zondag 12 januari 2014

Wie heeft lef genoeg om de transitie jeugdzorg te keren?


Jeugdzorg werkt niet. De jeugdzorg moet efficiënter. Bovendien moet onnodige etikettering vermeden worden, overmedicalisering ophouden en moeten gezinnen hun kinderen zelf weer gaan opvoeden. Als dat niet gaat dan is het zaak dat men gebruik maakt van het eigen netwerk, de buurt, de familie, de vrienden. Zo’n beweging kan alleen maar gefaciliteerd worden door de gemeente: zij staat immers het dichtst bij de burger, kent de structuren op de hoek en kan snel inspringen. 

Wat een mooi beeld. Prachtig bedacht vanachter het bureau, de ivoren toren van de ambtenarij, politici die geld willen besparen en denken dat ze na het lezen van een enkele nota, een veldbezoekje of ronde tafelgesprek weten hoe jeugdzorg werkt. Aangevuld en ondersteund met de rekenmodellen in Excell of wat dies meer zij. Creatief omgaan met cijfers, schuiven met poppetjes en kijk het past. De transitieplannen zijn een feit. De vragen en zorgen van het veld ook. 

Ik zou zo graag de gemeenten willen vragen of ze denken dat ze dit echt kunnen? Los van  het je gevleid voelen, kansen zien, mogelijkheden. Wees eerlijk. Los van de wens. Los van de macht. Soms wensen mensen dat ze iets zouden kunnen, maar kan dat dan ook? In der Beschränkung zeigt sich der Meister zeggen ze in ons buurland. Hoeveel zelfreflectie durven gemeenten te hebben?  Zonder enige schroom durven toegeven dat een toebedeelde taak niet tot je expertise veld behoort dat vraagt lef. Wie heeft zoveel lef in Nederland? De VNG?

Daarbij bekruipt me een déjà-vu: nu we allemaal wat langer meelopen, herkennen we ook eerder de bewegingen die in het verleden al gemaakt zijn. Zagen we niet dezelfde argumenten bij de transitie naar BJZ? De verschuiving van centraal naar provinciaal? Een loket, hulp dichtbij huis, een regisseur, lokale aanbieders… wat is er dan zo vernieuwend wanneer de jeugdzorg naar de gemeenten gaat? Verdere versnippering, ongelijkheid, onduidelijkheid lijkt de boventoon te voeren en wordt onder de mantel van ‘gemeentelijke autonomie’ afgedekt: 41 jeugdzorgregio’s die elk het wiel gaan uitvinden. Elke regio eigen keuzes, elke regio een eigen (lees: ander) zorgaanbod.... Er lijkt weinig sprake van historisch besef ten aanzien van wat we geleerd kunnen hebben van de transitie in de jaren negentig… Durven gemeenten dit te zien? Te leren van het verleden? De fouten te (h)erkennen? Hebben zij zoveel historisch besef? Hebben zij zoveel lef? 

Ik zou zo graag de politiek, specifiek de Eerste Kamer, uitdagen om ‘out of the box’ te denken en het veld terug te geven aan de jeugdzorg en jeugd-ggz professionals. 
Dat de gemeente een deel van de regiefunctie op zich neemt, is op zich een goed idee mits dit echt door het belang van het kind gestuurd wordt. Wat ontbreekt is een inhoudelijk psychologisch-pedagogisch kader.  Goede zorg voor jeugd VEREIST een landelijk inhoudelijk gefundeerd kader, met uitvoering door lage overheden. Een kader dat gemaakt en bewaakt wordt door inhoudelijk deskundigen: wetenschappers, ervaren therapeuten, hun beroepsverenigingen en ervaringsdeskundigen (cliënten) en hun organisaties. Dat vraagt ook lef van politici: lef om de plannen te kantelen en gemeenten te dwingen de inhoud van jeugdzorg leidend te laten zijn.  

Stappen we even over het kanaal, dan zien we dat in Engeland, Wales en Schotland wel gekozen is voor een dergelijk model waarbinnen zowel professionals als ervaringsdeskundigen een rol spelen en GGZ samen  met jeugdzorg in brede zin verantwoordelijk zijn. De professional leidt, de landelijke overheid biedt het kader, de locale overheid faciliteert.  Is dat systeem perfect: nee - helaas niet - maar het is in elk geval een systeem dat ontworpen is vanuit het belang van het kind (en diens gezin) en niet vanuit het (eigen) belang van bestuurders, of organisaties. Een systeem waar ‘elk kind en elk gezin telt'  en waarbij elke dienst en elk aanbod gekeken wordt of dit wel kind-en gezinsgericht is. De autonomie van de client centraal en niet die van de gemeente met  daarbij een verplichtende structuur vanuit de overheid - een wetenschappelijk verantwoord kader waarbij Evidence Base, Practice Base en Value Base hand in hand gaan zodat daadwerkelijk goed hulp verleend kan worden: bewezen effectief, gefundeerd in recent onderzoek en ethisch/moreel verantwoord. Voor zo’n stelsel loop ik zeker warm: inhoud centraal. Laten we nu de koers wijzigen, nu het nog kan  Het vraagt om lef van alle betrokken om de transitie NU te wijzigen naar een inhoudelijk stevig systeem dat echt het kind en diens gezin centraal stelt. Wie durft? 


© Anneke Vinke 
Januari 2014


"there can be no keener revelation of a society's soul than the way it treats its children” Nelson Mandela